Afbeelding links: Plegtige inhaaling van zijn D.H. den Prins van Oranje en Graaf van Nassau buiten deze zelvs Residentie stad Dillenburg op den 9de December 1801.
Links op de voorgrond prins Willem V, die, uit zijn rijtuig gestapt, begroet wordt door een deputatie uit Dillenburg, die van rechts naar hem toekomt. Achter de deputatie een viertal trompetters te paard, enkele militairen en rijtuigen. Meer naar achter een erepoort. met het wapen van de prins en 'Vivat Wilhelm' bovenin. Op de achtergrond de stad met op de wegen daarheen een menigte volk. (Coll. Atlasvanstolk.nl)

Door de toepassing van de stoommachine veranderde Engeland steeds meer van agrarisch naar industrialisatie. Ze ontdekten de waarde van hun belangrijke bodemschat: steenkool. De winsten die konden worden behaald met kolen waren groter, dan die met oorlog konden worden behaald. Bankiers, handelaren en fabrikanten drongen aan op vrede.

De Engelse regering wilde vredesbesprekingen openen met de Fransen. 1 oktober kwam het voorontwerp voor de Vrede van Londen tot stand. Deze voorlopige vrede werd door het Engelse parlement goedgekeurd. Maar de voorlopige vrede had geen verandering gebracht in de Franse bezetting van Holland.

Willem V liet zijn grote teleurstelling op 13 oktober 1801 publiceren in Hollandse kranten.
Hij bedankte de Engelse Koning en de regering voor de genereuze gastvrijheid, die zijn familie en trouwe aanhangers van hen hadden ondervonden. Maar geleidelijk aan had hij, aldus de nota, de Engelse belangstelling voor de garanties van Groot-Brittannië en Pruisen voor het erfstadhouderschap sedert 1788 zien verslappen.

Begin november 1801 vertrok Prins Willem V teleurgesteld uit Engeland. Willem V was via het Kanaal naar Hamburg gezeild en doorgereisd naar Brunswijk.
Op 20 november 1801 werd hij bij het posthuis op de weg van Brunswijk naar Hannover verwelkomd door zijn dochter prinses Louise, Willem Frederik en zijn vrouw Mimi en hun beide zonen, Guillot en Frits. Na zijn lange ballingschap in Engeland was de begroeting door Louise spontaan en hartelijk en ook Willem Frederik en zijn gezin waren blij hun vader, respectievelijk schoonvader en grootvader weer te zien. Tijdens de weken van het verblijf van Willem V in Brunswijk vonden talloze diners, bals en partijen plaats, zowel aan het hof als bij Hollandse families.

Na de verjaardag van Louise op 28 november vertrok Willem V, vergezeld van Willem Frederik op 4 december naar Dillenburg, de hoofdplaats van Nassau-Diez. Het was voor het eerst in 60 jaar dat een vorst van Oranje zijn erfgoed Nassau bezocht. Tegen Kerstmis betrok de ex-stadhouder het stamslot Oranienstein bij Diez.
(Bron tekst: Oranje in Ballingschap, Mr. L.A. Struik. Uitgave: de Bataafse Leeuw, Amsterdam 2006)
Na de verjaardag van Louise op 28 november vertrok Willem V, vergezeld van Willem Frederik op 4 december naar Dillenburg, de hoofdplaats van Nassau-Diez. Het was voor het eerst in 60 jaar dat een vorst van Oranje zijn erfgoed Nassau bezocht. Tegen Kerstmis betrok de ex-stadhouder het stamslot Oranienstein bij Diez. Dit fraaie slot, gelegen in het dal van de Lahn, had Willem V geërfd van de Friese stadhouder Willem IV. Het slot was verwaarloosd en moest worden opgeknapt.
De 53-jarige ex-stadhouder voelde zich gelukkig in Oranienstein en kon het met de inwoners van Diez goed vinden . Hij woonde regelmatig de exercities van het garnizoen bij. Op zondag, na de godsdienstoefening, verleende de prins audiëntie aan burgers die hem wensten te spreken. Vaak werden de audiënties gevolgd oor een diner met aanzienlijke inwoners of familieleden; onder de laatsten bevonden zich de vorsten van Nassau-Usingen en Nassau-Weilburg. (Bron afbeeldingt: Oranierjahr-diez.de) en (Bron tekst: Oranje in Ballingschap, Mr. L.A. Struik. Uitgave: de Bataafse Leeuw, Amsterdam 2006)
 
Mede op aanraden van zijn zoon besloot Willem V de Oranjegezinde regenten en partijgangers vrij te laten om onder de nieuwe, gematigde staatsregeling van 1801 weer ambten te aanvaarden en hen van hun eed van trouw aan het Huis van Oranje te ontslaan.
In oktober 1801 had het nieuwe Staatsbewind een amnestie afgekondigd voor alle oranjegezinde aanhangers en niet langer een eed van haat jegens het stadhouderschap verlangde als voorwaarde voor het vervullen van ambten en betrekkingen. Na overleg werd besloten, dat in elke provincie 2/5 van de zetels werd bestemd voor Oranje-aanhangers en de rest voor de patriotten. De aanstelling van Oranje-aanhangers in openbare posten maakte een einde aan de maatschappelijke scheiding tussen beide groepen.

Vanuit Oraniënstein lieten Willem V en zijn zoon aan de Koning van Pruisen weten, dat Nassau het enige overgebleven erfland van de Prins van Oranje was en dat hem dat niet mocht worden afgenomen. Willem V wilde liever in Nassau bij zijn onderdanen blijven, dan als schadeloosstelling een groot en rijk gebied te ontvangen. Daarom besloot Willem Frederik naar Parijs te gaan om de zaak van de oranjes bij Napoleon te bepleiten in verband met de Vredesbesprekingen in Amiens. Deze bemoeienis van de Oranjes werd door de Engelse onderhandelaars niet op prijs gesteld. (Bron tekst: Oranje in Ballingschap, Mr. L.A. Struik. Uitgave: de Bataafse Leeuw, Amsterdam 2006)
Bronnen:
Prins Willem V Batavus op Wikipedia
Plegtige inhaaling van zijn D.H. den Prins van Oranje
Slot Oraniënstein
Boek: Oranje in Ballingschap, Mr. L.A. Struik