|
|
|
Jan Brueghel de
Oude (1568 - 1625) Plattelandsfeest ter ere van de Aartshertog Albert en Isabella,
1623 |
In 1623 kreeg Jan Brueghel de Oude de opdracht van
Isabella van Spanje de opdracht voor twee schilderijen. Dit schilderij toont een
plattelandsfeest ter ere van aartshertog Albert en Isabella. Aartshertog Albert was
in 1621 overleden en waarschijnlijk heeft Brueghel als herinnering de aartshertog
in het rode tenue op het grijze paard afgebeeld. In dit schilderij heeft Brueghel
ook zichzelf geschilderd. Hij is in het zwart gekleed en draagt een grote witte kraag.
Hij praat met een vrouw in het zwart met een zwarte kap over het hoofd. Mogelijk
is dat aartshertogin Isabella. De jongen op de voorgrond heeft twee honden aangelijnd.
De zwart-witte hazewindhond komt ook voor op het schilderij over een dorpsbruiloft.
De jongen is mogelijk de 15-jarige Pieter en de meisjes de 14-jarige Elizabeth en
de 13-jarige Catherina.
Het familieportret van de Brueghels is in 1614 door Paul Rubens geschilderd, met
daarop Jan Brueghel, Catherina, Pieter en Elizabeth. De grote slinger van dansers
zijn alleen maar vrouwen. Helemaal links dansen enkele jonge mannen met vrouwen.
De muziek wordt gemaakt door een orkest op de wagen en twee trompetters die tussen
de vrouwen lopen. Handelaren exposeerden kragen, hoeden en andere accessoires op
het doek tussen de orkestkar en een verhoging.
Wat uiteindelijk de zogenaamde Tachtigjarige Oorlog zou worden, begon in 1568 met
de Slag bij Heiligerlee en woedde voort tot aan de vrede in 1648. Slechts één
keer rustten de wapens voor langere tijd: in 1609 werd er tussen de koning van Spanje
en de Staten-Generaal van de Verenigde Nederlanden een wapenstilstand gesloten. Dit
bestand duurde tot 1621 en kreeg daarom een toepasselijke naam: het Twaalfjarig Bestand.
Een belangrijke rol bij de totstandkoming van dit bestand werd gespeeld door de infante
Isabella van Spanje (1566-1633), dochter van koning Filips II van Spanje, en haar
echtgenoot aartshertog Albert van Oostenrijk (1559-1621). Sinds 1598 streefden zij
als soevereine vorsten van de (Spaanse) Nederlanden naar een vreedzame oplossing
voor de oorlog. Het Twaalfjarig Bestand was de kroon op hun werk, maar bij het overlijden
van Albert in 1621 was het weer met de rust gedaan. Isabella verloor nu haar soevereine
gezag over de Nederlanden aan de koning van Spanje, maar bleef in functie als landvoogdes.
Ondanks de tegenslag van de dood van haar man en de heropleving van de strijd, bleef
zij een groot voorstander van een hernieuwing van het bestand, of zelfs een echte
vrede. |
|
|
|
Jan Brueghel was de zoon van Pieter
Brueghel de Oude en vader van Jan Brueghel de Jonge. Ook was hij de broer van Pieter
Brueghel de Jonge, de oom van Jan van Kessel en de schoonvader van David Teniers
de Jonge. Zijn vader stierf een jaar na zijn geboorte. Hij kreeg zijn opleiding van
zijn grootmoeder, die miniatuurschilderes was, en van Pieter Goetkindt. In 1589 trok
hij naar Italië, waar hij in Napels, Rome en Milaan werkzaam was. In Rome raakte
hij bevriend met Paul Bril. De twee schilders werkten samen en oefenden een sterke
wederzijdse invloed op elkaar uit. Een andere samenwerking was die met Johann Rottenhammer,
die hem bekend maakte met de kunst in Venetië.
Terug in Antwerpen keerde hij terug naar het type panoramische vergezichten omzoomd
door coulisseachtige bergen zoals dat in Vlaanderen traditie was (vergelijk de werken
van Joos de Momper). Ook het traditionele driekleurenschema (bruine voorgrond, groen
middenplan, blauw verschiet) en de hoge horizon zijn onverminderd aanwezig. Weer
wat later, rond 1605, krijgt het dorpsgezicht met lage horizon zijn voorkeur. Ten
slotte, rond 1610, schilderde hij meer open landschappen met een realistischer inslag
die aan het Brabantse landschap herinneren. Ze zijn veelal gestoffeerd met reizigers
in huifkarren of boeren. |
|
Bronnen: |
Jan Brueghel de Oude op Wikipedia |
Plattelandsfeest
aartshertogen, 1623 |
Historie van Tilburg |
Albrecht van Oostenrijk |
Familieportret Brueghel door Peter Paul
Rubens |
|
|
|