Schilderij van Prins Charles II van onbekende kunstenaar, ca. 1647/48. (Bron: Flickr.com)
In mei 1648 brak de tweede Engelse Burgeroorlog uit en werd de 18-jarige prins Charles II teruggeroepen uit Frankrijk. Omdat een deel van de vloot van het Parlement in opstand kwam tegen de koning, vertrok prins Charles naar Den Haag om het commando op zich te nemen de schepen. 9 juli 1648 vertrok hij van Calais en zeilde naar Hellevoetsluys, waar hij enthousiast werd begroet door de vloot.
De Prins van Oranje en zijn vrouw verwelkomden Charles II, bevoorraadden de schepen voor 3 maanden en 22 juli voer de prins met de vloot uit naar de Downs, maar kwam door de wind voor Yarmouth Roads terecht.
Na een korte bevoorrading in Holland wilde Charles naar Berwick zeilen. Maar de bemanning wilde dat hijde Graaf van Warwick in Lee Roads zou aanvallen. 28 augustus zeilde hij eerst naar Lee Roads. De vloot van de Graaf van Warwick bestond uit 14 schepen en die van de Royalisten uit 11 oorlogsschepen en 4 handelsschepen. De schepen achtervolgden elkaar op zee, maar de Royalisten kwamen op vrijdag 3 september terug in Hellevoetsluys. 19 september 1649 blokkeerde de Graaf van Warwick de Royalisten in de haven van Hellevoetsluys. Maar de Nederlanders verboden een gevecht in neutralew wateren en legden een aantal oorlogsschepen tussen de schepen van de Royalisten en die van het Parlement. (Bron: British-civil-wars.co.uk)

Prins Charles liet de vloot achter in Hellevoetsluys en vetrok in september 1648 naar Den Haag, waar hij een hartelijke ontvangst kreeg van de Nederlanders. Hij werd ondergebracht in het huis dat was gereserveerd voor ambassadeurs en kreeg een formele ontvangst door de Staten Genearaal. Hij kreeg een toelage van 1000 gulden per dag voor 10 dagen. Daarna moest hij voor zichzelf zorgen. Maar hij werd door Willem de II van Oranje door de winter geholpen door hem onderdak te geven. De Staten Generaal wilden neutraal zijn in de Engelse burgeroorlog en zagen Charles II liever vertrekken.
Tot grote schrik van alle betrokkenen kreeg Charles de waterpokken. Zijn zus Mary en broer James werden voor hun veiligheid ondergebracht in Slot Teylingen ten noorden van Leiden, het huis van de Baron van Heenvliet en Teylingen. Rond Kerstmis was Charles aan de beterende hand en konden zijn broer en zuster terugkeren naar Den Haag. (Bron tekst: Online Book, The King in Exile)
Slot Teylingen ten noorden van Leiden in 1640 van anonieme schilder (Coll. Rijksmuseum, Amsterdam)
De zus van CharlesHad Maria zich toch al nooit echt in Den Haag thuis gevoeld, door de perikelen rond de voogdij en de gespannen situatie met haar schoonmoeder trok zij zich meer en meer uit het Haagse hofleven terug. Zij verbleef dikwijls op het jachtslot Honselaarsdijk, ten zuiden van Den Haag, dat haar als weduwe van Willem II was toebedeeld, of op kasteel Teylingen, ten noorden van Leiden, bij Johan Polyander van den Kerckhoven, het hoofd van haar hofhouding, en diens echtgenote, lady Catherine Stanhope. Als voormalig gouvernante had zij grote invloed op de prinses. In Teylingen ontving Maria haar drie broers, die na de executie van hun vader Karel I in januari 1649 met hun volgelingen van het ene Europese hof naar het andere zwierven. In 1654, na de Eerste Engelse Oorlog, werd hun door de Staten-Generaal de toegang tot de Republiek ontzegd, in overeenstemming met de door het Engelse parlement gestelde vredesvoorwaarden. Bijna drie jaar lang volgde Maria daarom haar broer, de latere Karel II, op zijn tochten door Europa - van Spa naar Keulen, van Keulen tot Parijs. Vanaf januari 1656 verbleef zij aan het Franse hof bij haar moeder, die daar al lange tijd een toevlucht had gevonden. Pas een jaar later, in februari 1657, keerde Maria naar Den Haag terug. (Bron: Historici.nl)
Kleine foto: Huidige ruine van kasteel Teylingen. (Bron: Mathieuinwonderland.nl)
 
Bronnen:
Charles II (1630-1685) op Wikipedia
Charles II, King of Britain
1648: The Naval Revolt
Online Book, The King in Exile
Slot Teylingen ten noorden van Leiden
Maria Henriëtte Stuart
Kasteel Teylingen