Willem Bastiaan Tholen (Amsterdam,
13 februari 1860 - Den Haag, 5 december 1931) was een Nederlands kunstschilder. Hij
was een zoon van de schilder Pieter Hendrik Hermanus Tholen en Johanna Maria Arendsen.
Zijn vader legde zich later meer toe op de kunsthandel.
Tholen woonde en werkte in verschillende plaatsen in Nederland. Hij kreeg onder anderen
les van Paul Joseph Constantin Gabriël. Van 1877 tot 1878 bevond hij zich in
Delft. In Delft kreeg Tholen les van Adolf le Comte en behaalde akte M.O. rechtlijnig
tekenen aan de Polytechnische school. De natuur vormde voor Tholen de grootste bron
van inspiratie.
In 1918 overleed Tholens eerste vrouw Jacoba Suzanna Muller, waarna hij in 1919 hertrouwde
met Lita de Ranitz. Hij woonde en werkte in Den Haag op de zgn. Kanaalvilla. Na zijn
dood in 1931 werd hij begraven op de Nieuwe Begraafplaats aan de Soerenseweg in Apeldoorn
in het graf van zijn vader. Zijn werken zijn te zien in vele musea waaronder het
Boijmans van Beuningen en het Rijksmuseum Amsterdam. (Bron: Wikipedia.org) |